The Torero’s uit Hilversum was een van de meest succesvolle gitaarbands uit het Gooi. De groep, die op 1 oktober 1960 zo vanuit de schoolbanken werd opgericht, opereerde aanvankelijk onder de namen Peter and his Dynamites en (Peter Welch and) The Flying Arrows. De eerste bezetting bestond uit Hans Hollestelle (sologitaar), Jaap de Hoog (slaggitaar), Peter Langhorst (zang) en Ruud Kleijn (drums). Zanger Peter Langhorst noemde zich Peter Welch. De jongens speelden op zelfbouw-gitaren en nog zonder basgitarist. Jan Hollestelle, eerst nog te jong om tot de groep toe te treden, nam later de rol van basgitarist op zich. De talentvolle muzikanten Hans en Jan Hollestelle hadden een muzikale achtergrond: hun vader was de bekende basbariton David Hollestelle.
Bezetting
| Hans Hollestelle | sologitaar |
| Martin Dubbeldam | zang |
| Martin Bijlard | slaggitaar (overl.) |
| Jan Hollestelle | basgitaar, zang |
| Ruud Kleijn | drums, zang |
The Shadows vormden voor The Torero’s het grote voorbeeld. In 1962 werden dan ook Fender gitaren aangeschaft. Slaggitarist Jaap de Hoog vertrok en Martin Bijlard (ex-The Butlers, overleden in 2007) werd zijn vervanger. Hij bracht een Fender in en goede apparatuur. De eerste plaatopnamen vonden plaats in een gebouwtje in Blaricum, waar de nummers door Hans de Raaff ‘live’ werden opgenomen, met een Revox bandrecorder en één microfoon. De single Valley rider/Surfside werd uitgebracht op het RCA label, evenals de volgende singles.
The Torero’s hebben met meerdere zangers gewerkt. De eerste was Peter Langhorst (Peter Welch), die al in Peter and his Dynamites en The Flying Arrows meedeed. Hij werd in 1963 opgevolgd door Roderick ‘Roddy’ Wahr uit Bussum. Deze Indo-zanger had al enige ervaring opgedaan in Engeland, bij The Raiders. Roddy Wahr kon zingen in de stijl van Cliff Richard. Hij was slechts kort bij de band en zong o.m. mee tijdens een optreden in de Harmonie in Bussum. Zijn vervanger Martin Dubbeldam alias Martin Stevens was afkomstig uit The String Devils, een Hilversumse rock ’n roll (kuiven!) band. Martin Stevens had grote faam verworven met zijn ruige act als de Nederlandse Vince Taylor.
Met de komst van Martin Stevens veranderde het repertoire van The Torero’s. De groep speelde nu een mengeling van nummers van Cliff Richard and The Shadows en Amerikaanse rock nummers, zoals Whole lotta shakin ‘goin’ on. Toen het tijdperk van The Beatles en The Stones aanbrak, werd het repertoire weer aangepast. De Fenders werden aan de kant gedaan en daar kwamen Gretsch- en Gibson-gitaren voor in de plaats. De groep kreeg hierdoor een andere, ruigere sound. Martin Stevens ontdeed zich van zijn kuif en op het nieuwe repertoire kwamen nummers van The Kinks, The Who, The Spencer Davis Group (Every little bit hurts!),The Byrds, Dave Berry (door Ruud gezongen) en The Rolling Stones.
In 1965 vertrok Martin Dubbeldam. De leadzang, nu ook bij de optredens, werd na deze periode uitgevoerd door Ruud Kleijn en Jan Hollestelle. Samen met Hans Hollestelle werd ook meerstemmig gezongen. Ruud Kleijn maakte tijdens optredens indruk met zijn uitvoering van I apologize (P.J. Proby). Bepaalde eigen nummers werden wel op de plaat gezet, maar nooit ‘live’ uitgevoerd: I’ll never get over you en Talkin’ the blues. Deze nummers werden opgenomen met een andere drummer. Ruud zong en speelde mondharmonica.
The Torero’s waren regelmatig op radio en tv. Zij traden o.a. op in Combo (AVRO), Studio Stalles (AVRO), Tierelantijnen (KRO radio), Zorro en Shout (VARA radio) en Muzikaal onthaal (AVRO radio) met Herman Emmink. De groep deed optredens in het hele land. In het Gooi en omgeving speelde de band in Hilversum, o.a. op een tieneravond in hotel Jans. Hier vond een zgn. ‘battle of the bands’ plaats: een machtsstrijd tussen The Torero’s en de eveneens uit Hilversum afkomstige Spectacles. De twee bands gingen die avond de strijd aan, ieder gesteund door de eigen aanhang. In de kelder onder de Verrijzeniskerk in Hilversum werd gespeeld, evenals in Casino en in De Karseboom (Koepelzaal). Bussum werd aangedaan tijdens een beatfeest op het marktplein in 1965 en voor een optreden in de Harmonie, een van de weinige optredens met zanger Roddy Wahr. In Baarn speelden The Torero’s in Het Kasteel van Antwerpen en in Astoria. Ook in andere plaatsen in het Gooi (‘s-Graveland, Ankeveen, Huizen) kwam de band langs.
De eerste manager van The Torero’s was de Hilversummer Jan Klomp. In 1964 kwamen The Torero’s onder contract bij Ben Essing, de burgemeesterszoon uit Blokker. Hij zorgde voor veel werk in de grote danszalen van Noord-Holland. Op 6 juni 1964 haalde Ben Essing de Beatles naar Nederland voor een middag- en avondshow in de veilinghallen in Blokker. The Torero’s stonden in het voorprogramma samen met o.a. The Hot Jumpers, The Fancy Five (een Gooische band met Dick Bakker op orgel), Don Mercedes, Ciska Peters, Karin Kent en Wanda. Vanaf juni 1965 werkten The Torero’s samen met het managementbureau van Herman Stok en Kees van Maasdam: Pop-Studio. De groep kwam hierdoor terecht in weer een ander circuit. Herman Stok had een eigen stal met artiesten, die gezamenlijk in shows optraden. The Torero’s fungeerden regelmatig als begeleidingsband van de zangeressen Karin Kent (ook bij plaatopnamen) en Conny van Bergen.
In 1966 vond een omslag plaats. Martin Bijlard verliet de band, Ruud Kleijn moest in dienst. Hun opvolgers, Hans Thijssen (gitaar, orgel) en Jan Cressent (drums) waren beiden afkomstig uit The Spectacles. Tenorsaxofonist Jan Lambeck voegde zich in hetzelfde jaar bij de groep. The Torero’s werden ruiger en richtten zich steeds meer op soulmuziek. Op het Decca label werden in de periode 1966-1967 nog drie singles uitgebracht, die niet veel deden. In 1968 richtten Hans en Jan Hollestelle samen met Ruud Kleijn The Empty Vessels op. Nadat op het Decca label een single was uitgebracht, hield de band op te bestaan.
Hans en Jan Hollestelle werden veelgevraagde sessiemuzikanten. Zij hebben aan talloze plaatprodukties van Nederlandse acts hun medewerking verleend. Hans speelde enige tijd in Ekseption en later, samen met Jan, in de groep Spin. Jan Hollestelle bracht in 1973 een solosingle uit. Ruud Kleijn ging bij de omroep werken. Als geluidstechnicus van de NOS is hij betrokken geweest bij het vastleggen van honderden popconcerten. Martin ‘Stevens’ Dubbeldam werkte later als geluidstechnicus bij de AVRO.
Discografie
| 1963 | Valley rider/Surfside (RCA 47.9465) |
| I’ll never get over you/She was my love (RCA 47.9481) | |
| Manha de carnival/Beatnik time (RCA 47.9514) | |
| 1964 | Desperado/Sentimental sunset (RCA 47.9555) |
| 1965 | Talkin’the blues/Fried eggs (RCA 47.9596) |
| 1966 | Baldheaded woman/As tears go by (RCA 47.9652) |
| Daddy loves baby/Come (Decca AT 10.221) | |
| 1967 | Lost upon you/Everything’s gonna be allright (Decca AT 10.244) |
| Mexicanas/Lucille (Decca AT 10.271) | |
| 1968 | Something gotta hold on you/Tantalizer (Decca AT 10.352 ) – The Empty Vessels |